Dinsdag 25 augustus





De volgende dag rijden we richting Mammoth Lakes, ski stadje. Aan de trailhead ontmoeten we een meer dan 80 jarige man die ons hart verwarmt met zijn verhalen. Hij speelt nog steeds “soccer” bijna iedereen in de ploeg is boven de 75 jaar en hij is niet de oudste! De wandeling naar ducklake is 4 mijl maar we moeten we een pas over: Duck Pass. Wanneer we na drie mijl voor de pas staan, lijkt ze niet overbrugbaar. We zien een steile grijze steenmassa voor ons en zien helemaal geen pad. Ik begin het al op mijn heupen te krijgen maar wanneer we het pad verder bewandelen blijkt het so easy-going pad dat zich via switchbacks een weg baant over de pas. Voorbij de pas ligt Duck Lake, een ideaal moment om te lunchen. Na de wandeling komen we onze “in de tachtig-jarige” weer tegen. Hij heeft met zijn jong vrouwtje van 68 jaar tot aan Skeleton lake gewandeld. Ik hoop dat ik even levenslustig ben wanneer ik “in de tachtig” ben.
's Nachts word ik wakker van een geluid – eerst denk ik dat het de wind is die in onze dakventilator slaat maar al vlug blijkt dat het iets anders. Een beer buiten? Ik stap uit mijn bed en ga op zoek naar de oorzaak van het geluid. Verwonderd kijk ik naar het kookfornuis. Het komt vanonder het kookfornuis? Ik duw de fornuisplaat omhoog – nog net op tijd om een muis te zien wegkruipen. Lap weeral eentje die zijn weg gevonden heeft. Nico plaats onmiddellijk op strategische plaatsen muizevallen en jawel hoor 's morgens horen we de val dichtklappen en horen we hoe de muis spastisch aan zijn einde komt. Et voila ook dat probleem is weer opgelost.
Vanuit Lee Vining rijden we Tiago pas over tot op 10 000 ft (3000 meter). We rijden de camping in, moeten terug een blaadje tekenen dat we weten dat er beren in de camping komen (ja ook een manier om de verantwoordelijkheid van je af te schrijven hé). We hebben een mooi plaatsje en verlengen zonder problemen voor één nacht. 's Middags wandelen we naar Elisabeth Lake. In het begin heb ik wat last van de hoogte maar na een half uurtje voel ik mij veel beter. Aan het lake zit een meisje met wat overgewicht en ze vraagt mij of ze het water uit de lake mag drinken. Ik raad haar dit af en vraag of ze geen drinkwater meer heeft misschien. Jawel weer eentje die met veel te weinig water gaat wandelen. 4 km klimmen op deze hoogte vergt veel van je krachten en ja als meer dan 100kg weegt, dan wegen die kilometers meer dan dubbel. Dus gieten we een beetje van onze sportdrank over in haar flesje. Nadien wandelen we verder naar Lembert Doom, een gigantisch granieten heuvel waar je kunt opkruipen en vanwaar je een fantastische view hebt over de vallei.
's Avonds zitten we aan ons kampvuurtje want de temperatuur zakt hier tot aan het vriespunt. Terwijl onze hamburgertjes aan het bakken zijn horen we ineens een hels lawaai achter ons. Iedereen is aan het kloppen op potten, pannen en stalen bearbox. We horen geroep en getier en we weten meteen hoe laat het is: achter ons heeft een beer zonet zijn avondwandelingetje gemaakt. Onmiddellijk nemen we onze bearspray bij ons want het is hier pikdonker en een zwarte beer die op amper 20 meter van ons heeft rondgedwaald ... ja je zou voor minder je voorzorgen nemen.
Nico heeft voor de volgende een lange wandeling uitgestippeld. Wanneer we na 1h45 de 6 mijl naar het eindpunt hebben afgelegd besluiten we om niet gewoon terug te keren maar om verder te wandelen en op het eindpunt de gratis shuttlebus te nemen. Uiteindelijk wandelen we 21 km in 4h en ben ik uitgeput. Vandaag trouwens de eerste dag dat het bewolkt is en dat laat zich voelen in de temperatuur. Gisteren ruim 27 graden, vandaag nog geen 20 graden.
De weg op de camping zit vol diepe, hele diepe putten dus rijdt Nico aan nog geen 5m/h van de camping weg en uiteraard moeten heel de camping rond rijden. We stoppen aan Olmsted Point waar je een fenomenaal zicht hebt op Yosemite hoogvlakte. Op de kaart zien we dat we een loop wandeling kunnen doen, maar al snel blijkt dat het trail zeer slecht aangeduid is. We denken dat we gewoon op onze stappen terugkeren maar we komen aan de compleet andere kant van de parking uit. Ja best dat we zijn teruggekeerd, dit beloofde niet veel goed. Ja niet voor niets stond er een grote waarschuwing aan het begin van de trailhead. We rijden verder tot aan Yosemite Creek, terug verbinden we verschillende wandelingen tot één loop. We dalen de vallei af, wandelen terug naar boven naar Lukens Lake. Al vlug blijkt dat de wandeling veel langer is dan de geplande korte wandeling en uiteindelijk wandelen we weer maar eens meer dan 20km. De afdaling naar de Valley is voor Nico bijzonder lastig. Met een automatic neem je vlugger snelheid en je kunt moeilijk remmen op je motor dus met je steeds remmen. Na de afdaling ruiken de remmen alsof ze een tijdje rust nodig hebben. Langs de weg staan verschillende gele borden met een beer erop, dit zijn alle beren die alleen al dit jaar door auto's zijn doodgereden. De valley is net zoals in juni nog steeds “poepkesdruk”. All campgrounds zijn ook nu weer volzet maar wij hebben onze reservatie op zak. Op de camping smeek ik Nico om morgen een rustdag te nemen. Mijn voeten doen veel pijn na de vele kilometers van de laatste dagen. En hoera hij gaat akkoord. Dus slapen we lang uit, wandelen we naar visitor centre, museum, bekijken een film over Yosemite en lezen we een boek.
Ze hebben hier op de camping een rare gewoonte. De twee laatste loops van de camping waar wij staan, worden nogal geteisterd door beren. Vanaf het donker wordt roept 1 iemand: ALBERT!!! en meteen volgt een mexicaanse wave doorheen de camping waarbij je plots als een tienvoudige echo “Albert!!!!” In begin begrepen we niet goed wat er aan de hand was. Maar door zo luid te roepen hopen de kampeerders om de beer met het koosnaampje Albert buiten te houden. Maar de mexican wave helpt niet altijd want 's avonds horen we plots veel lawaai en iemand roept “bear, bear, bear”. Nico gaat natuurlijk onmiddellijk met zijn zaklamp op zoek naar de beer. Terwijl iedereen afstand houdt, loopt hij er gewoon op af (oh help wat een vent heb ik eigenlijk”. De ranger vervoegt hem met een groot geweer waarmee ze (ja het was een ze) met harsballetjes op de beer schiet. Ze vraagt aan iedereen of de beer iets heeft kunnen eten op de camping want anders moet de beer dood. Deze beer komt er vanaf met harsballetjes in zijn kont.
Onze laatste dag heeft Nico voor mij een verrassing in petto: eerst 8 km meer dan 3000ft stijgen tot aan Glacier Point daarna via Panorama trail nog eens 13 km naar beneden. Maar ik heb de oplossing voor het lange stijgen: mijn MP3 muziek met de muziek die ik gebruik om te lopen en ongelooflijk maar in nog geen 2h hebben de stevige klim overwonnen en nog eens drie uur in een hitte van bijna 40 graden bereiken we de vallei, enigzins de uitputting nabij. Maar wat een fenomenaal mooie wandeling was dit. Na 1000 meter stijgen blijven we wandelen op de hoge toppen en zien we de vallei vanuit verschillende hoeken. De watervallen zien er helemaal anders uit dan in juni. Geen sneeuwwater meer.
's Avonds zitten we aan ons kampvuurtje wanneer we plots horen roepen “Bear!”. Nico zoekt met zijn zaklamp en op amper 3 meter van ons wandelt een beer – we hadden het zelfs niet gehoord dat hij zo dichtbij was. Wanneer we ons klaarmaken om te slapen horen we weer “Bear!” en Nico springt de mobiel uit en samen met een Zuidafrikaan volgt hij een grote dikke vette beer die terug om amper 10 meter van onze camper op zoek was naar eten. 's Morgens om 5h schieten we wakker van een schreeuw “Bear!”. We kijken naar buiten een een beer loopt prompt tegen onze camper en heeft de tent van onze geburen platgesmeten met zijn gewicht. Dit was duidelijk een “Albert! Nachtje”
's Morgens blijkt de schade aan het tentje mee te vallen en weet iedereen maar al te goed dat beren hier wel degelijk de camping afschuimen. Tijd voor ons om te vertrekken, we moeten de camper kuisen dus rijden we naar een RV park dichterbij San Francisco. Wanneer we Yosemite uit rijden zien we een drukte van jewelste aan El capitan, een van steilste rotsen waar klimmers over gans de wereld blijkbaar naar toe komen. Zwaailichten, brandweer en tientallen toeristen met verrekijkers. Uiteraard stoppen ook wij. Met de verrekijker zien we een reddingsactie. Klimmers kunnen deze rots niet beklimmen in 1 dag dus moeten ze al hangend aan de rots overnachten. We zien 500 meter boven ons, op een loodrechte wand een rood zeil hangen. Uit gesprekken blijkt dat het rode zeil eigenlijk een bedje is voor zo'n klimmer. Ha gezellig is ook iets – hopelijk was het geen onrustige slaper! We zien de reddingswerker langzaam meer dan 500meter langs een fluo geel touw afzakken tot aan het bedje van de klimmer. In een kloof wat hoger hangen nog twee klimmers. We weten niet of het een echte reddingsactie was of een training maar het was wel behoorlijk indrukwekkend.
We hebben zont de camper gekuist – amaai is dat steeds een werk en zeker nu. Het is triple digits hier wat wil zeggen meer dan 100°F of meer dan 37°C en dat voelen we. Gelukkig hebben electriciteit en kunnen we de airco draaien. Maar zelfs de airco heeft het moeilijk.